1929-09-14

EIDA

14 sept.´29

Geliefden –

Nadat ik Schubert en Chopin “maakte”, d.w.z. dat ik enige oude getrouwe walsjes en mazurka’s op mijn manier vertolkte (je weet, gezien het bekende Beethoven motief, dat ik zelfs nu soms nog wel door het huis laat galmen, hoe vasthoudend ik ben aan (is “aan” Hollands, Paatje?) oude geliefde wijzen) en nadat ik daarna tot mijn vreugde mijn kas en daardoor van plezier ook mijn hart resp. zag en voelde, kloppen, heb ik me aan ”mijn” kant van ons bureau nedergezet om jullie mee te doen genieten van dit verrukkelijke meubel. Inderdaad trekken jullie voordeel van deze aanwinst in onze huishouding, want zie eens hoe netjes en duidelijk en ook groot (genoeg Paatje?) ik de inkt tot woorden doe vloeien. – Aan dit begin hebben jullie zekerlijk (Emma, weet je nog die man in Leiden zekerlijk, om zo te zeggen!) ook gemerkt dat het “over here” niet “wednesday” maar zaterdagavond is. Mijn echtgenoot tegenover me, heeft enige hele dikke boeken voor zich uitgespreid, waarbij hij extra profiteert van het uitschuifplankje, dat even onder de lijst van het bureau is aangebracht, en uitgeschoven ter vergroting van bureau – , dus boekenlegruimte dienst kan doen (ik hoef nog niet van rommelruimte te spreken) [HOK luid protest]. Het bureau is verrukkelijk groot 1.20 m x 1.60 m, meet maar na op Vader’s bureau. In gedachten betitel ik deze kamer vaak met de naam “Vader’s kamer” [HOK luid protest], omdat bureau en boekenkasten gedachteassociaties zijn – maar misschien wordt [2] hij dat nog wel eens! Hiermee bedoel ik niks hoor!! [HOK o zo Koos!]

Ardjo is weer ziek, hij is eerst 5 dagen weggeweest en nadat hij 2 dagen teruggekomen is, hebben we Moedji, kokki’s broer, weer eens laten aanrukken. Deze persoon woont nl. op ons erf en heeft geenszins wat te doen, en automatisch komt hij, als Ardjo er niet is. We hebben een dokter laten komen, iemand die ook praktijk voor bedienden doet (want dat schijnt hier een uitzondering te zijn), een Indische arts, dus in Indië gestudeerd, genaamd dr. Tumbelàka. Helaas waren Hok en ik net uit toen hij is gekomen en nu weten we niet wat hij heeft. Maar ik vermoed influenza, dat is nogal in de mode op het ogenblik. De dokter gaf 2 obats, oftewel medicijnen, want daar zijn ze hier erg op gesteld. Ze beminnen je het meest als je hun af en toe eens wat in te nemen geeft. Vooral aspirine is heel prettig, vanmorgen kocht ik wat eucalyptus-bonbons, omdat hij zo hoest, niet omdat ik zozeer in de geneeskrachtige werking daarvan geloof! – Gister hebben we wel een zeer bijzondere avond gehad of eigenlijk ik. Tegen 7 uur waren Hok en ik nog bezig (we eten nu meestal ± half 8 boterham) onze vele boeken in de boekenkast een plaatsje te geven, Hok was in pyjama (wou pas erna baden omdat alle kisten zo stoffig zijn), ik gelukkig kant-en-klaar en opeens stond er een meneer voor de deur, welke hij opende (Hok rende als een haas weg gezien de pyjama) en wie stond daar in de deur: Jan Hupkes!! Ik ben de hele avond niet van de verbazing kunnen bekomen! Lientje was ook mee, was allerhartelijkst en vlot, Jan ziet er enorm goed uit, is vrolijk, heeft het, dunkt me, erg goed met haar getroffen. Ze hebben ook een huisje hier, in Bandoeng, wat is de wereld toch merk- [3] waardig! Ze vertelden 5 dagen lang naar ons gezocht te hebben!– Ze waren heel erg verrukt van onze meubels en Hok was direct aller toeschietelijkst en hulpvaardig met het gevolg dat Hok dinsdag met ze naar de meubelmaker zal gaan om bijstand te verlenen, want Jan beweert geen Maleis meer te kennen. Is het niet fraai! We spraken elkaar niet zo lang, of liever meer over Indië en Bandoeng dan dat ik iets van zijn moeder of zo afweet. Hij is ook werkzaam op een onderafdeling van G.B. , is bij de Waterkracht en Elektriciteit, wat hij kreeg door aanbevelingsbrieven, want ze zijn maar op de bonnefooi naar hier gekomen met een Duitse boot. Hij zit zeker anderhalf jaar hier, ik ben benieuwd of we ze vaak zullen zien. – Nadat ze weg waren moesten we vlug eten, want ik had vergadering van “Vivos”, waarvan ik nu lid ben geworden (je weet toch Vereniging in Indië van Vrouwelijke oud-studerenden). Hok bracht me erheen en al van verre hoorden we aan het gekakel welk huis ik moest hebben! Het prettige is, dat er allemaal zulke gezellige gewone mensen in zitten (er zal zelfs geen gepoeierde bij zijn: dit voor Emma!!). Ik was al gauw enigszins ingeburgerd, m’n ene buurvrouw kende Hok, was van de bibliotheek van G.B., en de andere had me een keer bij Mevrouw van Vianen op de Koperen Bruiloft ontmoet (ik herkende haar niet). Dan zag ik nog iemand uit dat beroemde dispuut “Litteris Sacrum” in Leiden, zij is Dr in de Nederlandse Letteren! Wat steek ik daarbij af hè? Ze is al 2½ jaar hier: Lize Reyser-Eibrink Jansen. Ik herkende haar het eerst aan haar stem, zij mij [4] niet door mijn haar! Dan maakte ik kennis met Yfke van der Ploeg, nu Mevrouw de Haan, die Anneke ook al gesproken had. Mij herkende ze niet, zei ze, ik haar helemaal niet. Maar ze heeft een echt Fries type als Gerda Lykles e.d. – Ene Mevrouw Ultee hield een causerie over de Federation of University Women, die tot doel heeft de volkeren nader tot elkaar te brengen en zo ook oorlog te voorkomen. Ze hebben een studiefonds om in alle landen knappe mensen studieopdrachten in een vreemd land te kunnen geven en stellen nu een 1 miljoen dollar fonds in, waaraan zelfs de Vivos mee contribueert (vergelijk: de korrels zand en het wijde strand! ). Er leken me verscheiden aardige mensen zoals een Mevr. Bep Einthoven-Zeeman, Mevr. Kreyker –?, (ik vermoed een Friezin!), zij woont op de sterrenwacht als enige vrouw. Ik schijf maar namen voor het geval ze nog eens voorkomen, het is toch gezelliger al ken je de mensen niet. – Anneke en Thijs waren hier vanmorgen op visite, d.w.z. eerst Anneke alleen, met wie ik sinds gisteren elke (!) morgen wandel. We doen flink aan lenig-trachten-te-blijven (welk “blijven” soms in “worden” moet veranderen, helaas!). Ik zelf doe elke morgen Annie Rutgers oefeningen, erg leuk, op een matje in de studeerkamer (vertel het Annie maar, Emmelot) ik ben nl. onder ons gezegd en gezwegen een forse dikke dame geworden [HOK valt nogal mee], maar ik krijg het er wel weer af! Verder hielp Anneke mee gordijntjes (vitrages, pardon: glas-) door te stoppen met de groene raffia die ik bij de gordijnen kocht. Ze worden enorm leuk, maar ik geloof dat ik er zelf [HOK en Hok] het meest verrukt van ben [HOK zijn]! Dat kun je zo hebben. 

Dag hoor Eida.

[Randje (boven) pag. 1]

We hebben gemerkt dat alleen het oversturen van het levensverzekeringsgeld ons ƒ 2.50 gekost heeft. Daarom doen we dat maar niet meer, vraag maar of tante Lous het in orde maakt, want het is toch onnodig. – Heb je eraan gedacht Maatje dat we bij Fortmann nog ƒ 26.50 hadden staan, dat heb je niet op de afrekening gezet. Heel erg bedankt voor de afrekening, we hebben A. en Th. ƒ 28.75 + ƒ 52.50 (tandarts) betaald. We zullen jullie 1 januari 4 coupons sturen, voor de afrekening, dat zal wel de goedkoopste methode zijn. 

[Randje (zij) pag. 1]

We zitten nu ook al over geld te zwammen, maar op een tentoonstelling kochten we 2 schilderijen, meer dan schitterend, wacht maar op de kieken. De schilder die het ons verkocht (niet van hemzelf) is met I. Israëls naar Indië geweest, kent hem heel goed, vindt hem ellendig gierig; openhartig hè! 

[Randje pag. 2]

Het ene zijn allemaal rode bloemen van een prachtkleur rood, het andere een donkere hoek in een kathedraal met een brede invallende zonnestraal. De eerste is een litho, helemaal opnieuw beschilderd, het tweede een ets, ook bijgeschilderd b.v. de gekleurde ramen! Hoe vind je zo’n brutaliteit en durf om zoiets maar ineens te kopen! Maar we hadden van Ho ƒ 100.- gekregen en de rest hebben Hok en ik gespaard, dol!!

[Randje pag. 3]

Het eetservies is in Tandjong Priok, hoera!!

Details

  • Plaats: Bandoeng, Berlageweg 3
  • Auteur(s): Eida, Hok
  • Pagina's: 4
  • Soort: BRief, gelinieerd papier
  • Bijzonderheden: Commentaar Hok in de tekst
More in this category: « 1929-09-09 1929-09-17 »